Neergestorte vliegtuigen in Boekel, 1940-1945

  
Locatie neergestorte Focke Wulf. Nabij kruising Koesmacht/ Het Goor, Boekel.

Door Rien Wols (BHIC).
Tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn er boven Nederland zo’n 6.000 militaire vliegtuigen neergestort. Ruim 1.000 daarvan zijn er in Noord-Brabant terecht gekomen. Dan gaat het zowel om geallieerde (Britse, Amerikaanse en Canadese vliegtuigen met bemanningen die uit nog veel meer nationaliteiten bestonden) als Duitse vliegtuigen. De geallieerde vliegtuigen waren heel vaak bommenwerpers die bij bombardementsmissies op doelen in Duitsland geraakt werden door Duits afweergeschut (de zogenaamde Flak) of onderschept werden door Duitse jachtvliegtuigen (vooral ’s nachts, tijdens de zogenaamde Nachtjagd).

In Boekel weten we van vijf crashes: in april en december 1942 stortten respectievelijk in Venhorst en meer ten zuiden van Boekel een Britse bommenwerper neer. In januari en juni 1943 kwamen bij Huize Padua en Vosdeel opnieuw Britse bommenwerpers naar beneden. En op 20 oktober van datzelfde jaar crashte een Duitse jager bij op ’t Goor.

FockeWulf Fw190A-8

In de middag van 20 oktober 1943 trokken op grote hoogte bommenwerpers over Noord-Brabant richting Duitsland. Duitse jagers vielen deze groepen vliegtuigen aan. Bij een luchtgevecht werd de Focke-Wulf Fw 190A-6 (werknummer 550873) van Uffz. R. Zinkl van het 6. II/JG 1 zwaar geraakt. De piloot wist zich met zijn parachute te redden, het toestel kwam om 15.12 uur op Het Goor neer en werd geheel vernield.

De resten van het jachtvliegtuig Focke-Wulf 190

Focke-Wulf 190 vliegtuig neergestort in het Broek / Goor. Piloot Zinkl kon zich met een parachute redden. Op 20 oktober 1943 om ± 15.00 uur vond er boven het Goor een luchtgevecht plaats tussen een Duits en Engels jachtvliegtuig. Het Duitse toestel -een Focke Wulf 190- werd geraakt. De piloot redde zich met parachute, maar het toestel boorde zich in de slootkant van de Driedaagseloop (deze sloot is gedempt tijdens ruilverkaveling) . Duitse soldaten, die snel ter plaatse waren, hebben de verspreid liggende onderdelen meegenomen. De ondergrondse heeft dezelfde avond de vliegtuigmotor opgegraven en meegenomen. Op 6 juni 1987 heeft de archeologische werkgroep, m.b.v. een graafmachine en een informant, de resten opgegraven van het jachtvliegtuig. Op de foto is te zien: de propeller met tandwielkast, allerlei onderdelen en munitie. De resten liggen in de heemkamer.